Wilde flora geïnventariseerd bij ‘hotspot’ Martenastate

Het project wordt uitgevoerd door het district Friesland van FLORON, de landelijke organisatie die onderzoek doet naar de verspreiding van wilde planten in Nederland. De floristen-vrijwilligers maken ook deel uit van het Planteferbân van de Fryske Feriening foar Fjildbiology (FFF). Martenastate is gekozen voor dit onderzoek omdat het landschapspark in 2019 het predicaat ‘botanische hotspot’ kreeg in de categorie ‘Stinzenbossen’.

Onder leiding van districtscoördinatoren FLORON-Friesland Gertie Papenburg en Harry Waltje is een groep enthousiaste flora-experts begonnen met de inventarisatie op Martenastate. In zes sessies verspreid over het jaar tot eind augustus, willen de onderzoekers tot een zo volledig mogelijk beeld komen van de wilde planten. Tijdens het eerste onderzoek op 8 februari werden al 64 soorten geïnventariseerd.

‘Scherp beeld van alle wilde flora’

Gertie Papenburg: ‘Belangrijkste doel is om een scherp beeld te krijgen van alle wilde flora op het grondgebied van Martenastate. Bij de waarnemingen kijken we ook naar de frequentie en vitaliteit van de soorten. Ook actualiseren we in het onderzoek direct de data van de stinzensoorten op Martenastate. Daarnaast hebben we speciale aandacht voor de voorkomende soorten blad- en levermossen in het park.’

‘Belangrijk voor behoud en beheer flora Martenastate’

De uitkomsten van het onderzoek worden met behulp van in een speciale app opgeslagen in de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF) en worden later gedeeld voor analyse. Henk Buith, voorzitter Stichting Martenastate, is zeer ingenomen met het onderzoek. ‘Behoud en beheer van de flora op Martenastate is een van onze belangrijkste taken. Door dit onderzoek vergaren we kennis en inzicht over hoe de wilde flora aansluit bij de stinzenflora. Daardoor kunnen we het behoud en beheer voor de toekomst nog beter uitvoeren. Wij zijn heel benieuwd naar de resultaten.’