Algemeen

Column: Zien en gezien worden

Door: Femke

Hoe kun je iemand het gevoel geven dat hij ertoe doet? Zeker wanneer je weet dat die iemand het écht kan gebruiken. Het nodig heeft. Ik denk dat het werkt zoals de Griekse filosoof Aristoteles zei: Alles wat je aandacht geeft, groeit. 

Want als je iemand ziet, letterlijk en figuurlijk, dan doet dat iets met diegene. En soms kun je een ander ook pas echt zien, wanneer hij jou ziet. Waarbij het omgekeerde eveneens geldt. Ofwel: zien en gezien worden. Zou het niet zo werken in zo’n beetje alle soorten relaties?

Een simpele ‘hoi’ of ‘hallo’ is vaak al voldoende. Althans, zo ervaar ik dat. Als ik op straat een bekende groet, voelt diegene zich even gezien. Net zo goed als een onbekende overigens. Misschien nog wel meer want hé, een ‘vreemde’ die mij zomaar groet? Wat aardig… Het is iets heel kleins, zo lijkt, waarmee je iets heel groots kunt bereiken. Het is een een bevestiging van je zijn. En dat wil iedereen toch? Het gevoel hebben dat je er mag zijn.

Maar dat voelt zeker niet iedereen: Gezien, en dus gewaardeerd. Want dat is het ook. Een stukje empathie dat zich vertaalt in waardering. In mijn beleving kan er weinig op tegen iemand aandacht geven. En vooral wat je daarmee kunt bereiken. Al is het maar voor even. Ik bedoel, je kunt lullen wat je wilt, maar er zijn is meestal genoeg. Luisteren en begrip tonen. Puur en alleen al jouw aanwezigheid. Er simpelweg zijn. Wil je iets voor een ander betekenen? Dan moet je er gewoon zijn. 

Nu ben ik wars van moeten en een ander moet ook niet snel iets van mij. Wel breng ik graag over hoe ik in het leven sta. Ik hoef niemand ergens van te overtuigen hoor, dat is het niet. Het is meer dat ik wil laten zien dat het niet zo ingewikkeld is. Dat het ook anders kan, anders dan je misschien gewend was tot nu toe. Dat er dingen elders in de wereld gebeuren die niet zo tof zijn. Verdrietige, pijnlijke, nare en ronduit oneerlijke dingen. Want het is nou eenmaal niet zo eerlijk verdeeld. 

Best lastig vind ik - blij ei - het. Om die ongelijkheid in mijn hoofd recht te breien. Want wat een ellende allemaal, terwijl ik het zelf zo goed heb. Dat voelt soms dubbel, en dan komt snel weer die vraag: wat kan ik eraan doen? Ik kan die grote wereldproblemen toch niet oplossen? Nee, dat niet. Wel kan ik er zijn. Voor wie dat maar nodig heeft. Groot of klein. Jong of oud. Arm of ‘rijk’. Sinds ik mezelf in die laatste categorie plaats, vind ik dat ik heel wat te bieden heb. Wat ik eigenlijk al doe. Als moeder, als zus, als vriendin, als echtgenote en als verhalenverteller. En al zou ik met alle liefde meer willen doen, voor nu houd ik het nog even klein. Dus als je me tegenkomt op straat… ik zie je. Ik hoop dat je mij ook ziet